Toen wij in 2013 in het Rode Dorp kwamen wonen, had ik eigenlijk niet zoveel met tuinieren. Maar als bioloog en vogelaar zag ik wel kansen voor natuur in onze ruime tuin. Ik begon met het drastisch verwijderen van terrasstenen, zodat er meer ruimte kwam voor wilde planten - of, zo u wilt, onkruid. Ik liet delen van de tuin verwilderen, maar zorgde daarnaast voor structuur en afwisseling met boomstammen, stenen, hagen, zandwanden, vijvers en sloten, gras, struweel en zelfs een stukje bos.
● Duurzame tuin
Het Rode Dorp ligt op de rand van de bebouwde stad en tegen de steile rand van de stuwwal. Ideaal voor opstijgende warme lucht: roofvogels cirkelen hier graag rond op de thermiek. (En je moet weten dat ik als kind een roofvogelmuseum had!) Al snel ontdekte ik naast dit leven boven de tuin, ook veel leven in de tuin. Behaarde soorten als egels, steenmarters, bosmuizen en dwergvleermuizen. Bloembezoekers zoals bijen, vlinders, zweefvliegen en wespen trokken mijn aandacht, maar vooral libellen stalen de show. Krachtige en snelle vliegers, behendige jagers met enorme ogen – de roofvogels onder de insecten. In 2021 groef ik daarom een eerste vijver. Deze zomer werd ik beloond: maar liefst negen soorten libellen en waterjuffers wisten zich er voort te planten.
Kom langs! Om iets van de biodiversiteit in mijn tuin te ontdekken én iets op te steken over de rijke romeinse & recente geschiedenis van deze plek. En ik heb een kleine quiz gemaakt waarmee u een vleermuiskast kunt winnen